Effecten toepassen : Geometrische effecten toepassen
 
Geometrische effecten toepassen
U kunt de vorm of het perspectief van een afbeelding wijzigen door geometrische effecten toe te passen. U kunt een afbeelding bijvoorbeeld veranderen in een bol of cilinder, scheeftrekken of het verticale of horizontale perspectief ervan wijzigen.
Cirkel
Tabblad Bewerken 
Met het effect Cirkel wordt de afbeelding of selectie vervormd doordat deze verandert in een bol. U kunt het dialoogvenster Cirkel openen door Effecten > Geometrische effecten > Cirkel te kiezen.
Het dialoogvenster Cirkel bevat de volgende bedieningselementen:
Omloop — behandelt de afbeelding als een mozaïekstukje dat in elke richting wordt herhaald.
Herhalen — herhaalt de randpixel van elke kant oneindig naar buiten.
Kleur — hiermee kunt u een kleur kiezen om pixels buiten de grenzen aan te geven. U kunt met de linkermuisknop klikken op het kleurvak om het dialoogvenster Kleur te openen of met de rechtermuisknop om het dialoogvenster Recente kleuren te openen.
Transparant — pixels buiten de grenzen worden transparant (alleen beschikbaar bij afbeeldingen met meerdere lagen).
Cilinder – horizontaal
Tabblad Bewerken 
Met het effect Cilinder - horizontaal wordt de afbeelding of selectie uitgerekt alsof deze rond een horizontale cilinder wordt gewikkeld. U kunt het dialoogvenster Cilinder - horizontaal openen door Effecten > Geometrische effecten > Cilinder - horizontaal te kiezen.
Het dialoogvenster Cilinder - horizontaal bevat het volgende bedieningselement:
Sterkte — bepaalt hoeveel van de afbeelding gewikkeld wordt weergegeven.
Cilinder – verticaal
Tabblad Bewerken 
Het effect Cilinder - verticaal is een vervorming waardoor de afbeelding of selectie wordt uitgerekt alsof deze rond een verticale cilinder wordt gewikkeld. U kunt het dialoogvenster Cilinder - verticaal openen door Effecten > Geometrische effecten > Cilinder - verticaal te kiezen.
Het dialoogvenster Cilinder - verticaal bevat het volgende bedieningselement:
Sterkte — bepaalt hoeveel van de afbeelding gewikkeld wordt weergegeven.
Vijfhoek
Tabblad Bewerken 
Met het effect Vijfhoek wordt de afbeelding of selectie vervormd doordat deze verandert in een vijfhoek. U kunt het dialoogvenster Vijfhoek openen door Effecten > Geometrische effecten > Vijfhoek te kiezen.
Het dialoogvenster Vijfhoek bevat de volgende bedieningselementen:
Omloop — behandelt de afbeelding als een mozaïekstukje dat in elke richting wordt herhaald.
Herhalen — herhaalt de randpixel van elke kant oneindig naar buiten.
Kleur — hiermee kunt u een kleur kiezen om pixels buiten de grenzen aan te geven. U kunt met de linkermuisknop klikken op het kleurvak om het dialoogvenster Kleur te openen of met de rechtermuisknop om het dialoogvenster Recente kleuren te openen.
Transparant — pixels buiten de grenzen worden transparant (alleen beschikbaar bij afbeeldingen met meerdere lagen).
Perspectief – horizontaal
Tabblad Bewerken 
Met het effect Perspectief - horizontaal ontstaat een perspectief langs de horizontale as doordat de linker- of rechterzijde van de afbeelding of selectie wordt versmald. U kunt het dialoogvenster Perspectief - verticaal openen door Effecten > Geometrische effecten > Perspectief - verticaal te kiezen.
Het dialoogvenster Perspectief - horizontaal bevat de volgende bedieningselementen:
Vervorming — bepaalt de lengte van de ingekorte rand ten opzichte van de ongewijzigde rand. Door de schuifregelaar naar links te verplaatsen of een negatief getal te typen, wordt de linkerzijde van de afbeelding korter. Door de schuifregelaar naar rechts te verplaatsen of een positief getal te typen, wordt de rechterzijde van de afbeelding korter.
Omloop — behandelt de afbeelding als een mozaïekstukje dat in elke richting wordt herhaald.
Herhalen — herhaalt de randpixel van elke kant oneindig naar buiten.
Kleur — hiermee kunt u een kleur kiezen om pixels buiten de grenzen aan te geven. U kunt met de linkermuisknop klikken op het kleurvak om het dialoogvenster Kleur te openen of met de rechtermuisknop om het dialoogvenster Recente kleuren te openen.
Transparant — pixels buiten de grenzen worden transparant (alleen beschikbaar bij afbeeldingen met meerdere lagen).
Perspectief – verticaal
Tabblad Bewerken 
Met het effect Perspectief - verticaal ontstaat een perspectief langs de verticale as doordat de boven- of onderzijde van de afbeelding of selectie wordt versmald. U kunt het dialoogvenster Perspectief - verticaal openen door Effecten > Geometrische effecten > Perspectief - verticaal te kiezen.
Het dialoogvenster Perspectief - verticaal bevat de volgende bedieningselementen:
Vervorming — bepaalt de lengte van de ingekorte rand ten opzichte van de ongewijzigde rand. Door de schuifregelaar naar links te verplaatsen of een negatief getal te typen, wordt de bovenzijde van de afbeelding korter. Door de schuifregelaar naar rechts te verplaatsen of een positief getal te typen, wordt de onderzijde van de afbeelding korter.
Omloop — behandelt de afbeelding als een mozaïekstukje dat in elke richting wordt herhaald.
Herhalen — herhaalt de randpixel van elke kant oneindig naar buiten.
Kleur — hiermee kunt u een kleur kiezen om pixels buiten de grenzen aan te geven. U kunt met de linkermuisknop klikken op het kleurvak om het dialoogvenster Kleur te openen of met de rechtermuisknop om het dialoogvenster Recente kleuren te openen.
Transparant — pixels buiten de grenzen worden transparant (alleen beschikbaar bij afbeeldingen met meerdere lagen).
Scheeftrekking
Tabblad Bewerken 
Met het effect Scheeftrekking wordt een afbeelding of selectie gekanteld langs de horizontale of verticale as tot maximaal 45 graden in beide richtingen. U kunt het dialoogvenster Scheeftrekking openen door Effecten > Geometrische effecten > Scheeftrekking te kiezen.
Het dialoogvenster Scheeftrekking bevat de volgende bedieningselementen:
Horizontaal — kantelt de afbeelding naar links of rechts, afhankelijk van de instelling van Hoek scheeftrekking
Verticaal — kantelt de afbeelding omhoog of omlaag, afhankelijk van de instelling van Hoek scheeftrekking.
Hoek scheeftrekking — bepaalt de kantelhoek. Wanneer de optie Horizontaal is geselecteerd, wordt de afbeelding met positieve getallen naar rechts gekanteld en met negatieve getallen naar links. Wanneer de optie Verticaal is geselecteerd, wordt met positieve getallen de linkerzijde verlaagd en de rechterzijde verhoogd, en wordt met negatieve getallen de linkerzijde verhoogd en de rechterzijde verlaagd.
Omloop — behandelt de afbeelding als een mozaïekstukje dat in elke richting wordt herhaald.
Herhalen — herhaalt de randpixel van elke kant oneindig naar buiten.
Kleur — hiermee kunt u een kleur kiezen om pixels buiten de grenzen aan te geven. U kunt met de linkermuisknop klikken op het kleurvak om het dialoogvenster Kleur te openen of met de rechtermuisknop om het dialoogvenster Recente kleuren te openen.
Transparant — pixels buiten de grenzen worden transparant (alleen beschikbaar bij afbeeldingen met meerdere lagen).
Sferisch
Tabblad Bewerken 
Met het effect Sferisch wordt een selectie of laag rond een bolvorm gewikkeld. U kunt het dialoogvenster Sferisch openen door Effecten > Geometrische effecten > Sferisch te kiezen.
Het dialoogvenster Sferisch bevat de volgende bedieningselementen:
Kracht — bepaalt de kracht van het effect.
Cirkel — wikkelt de selectie of laag rond een bolvorm.
Ovaal — wikkelt de selectie of laag rond een ovaalvorm.