Aanpassen : Voorkeuren voor weergave en caching instellen
 
Voorkeuren voor weergave en caching instellen
U kunt de weergaveopties voor bepaalde delen van het programma wijzigen. U kunt bijvoorbeeld het uiterlijk van de gereedschapscursors wijzigen, de schaalkwaliteit van Zoomen herstellen en de maat voor miniaturen voor Effecten zoeken instellen. U kunt ook voorkeuren opgeven voor het opslaan van een afbeeldingscache en een scratchdisk instellen.
Scratchdisks
Als u een scratchdisk (soms ook wel een "swapdisk" genoemd) instelt, kan de toepassing bewerkingen verdelen over uw hoofdschijf en een secundaire schijf. Hierdoor wordt het geheugen uitgebreid dat beschikbaar is voor de toepassing als u werkt aan meerdere grote bestanden tegelijk. Uw beste optie is een station te kiezen op een tweede interne vaste schijf (SCSI, SSD, IDE, SATA) die meer dan 500 MB vrije ruimte heeft. Vermijd zo mogelijk het gebruik van het hoofdstation waarop de toepassing is geïnstalleerd. Verwisselbare schijven worden niet ondersteund en de configuratie van het station bepaalt of dit beschikbaar is als scratchdisk.
Belangrijk! Als u uw hoofdstation instelt als een scratchdisk, moet u ervoor zorgen dat er meer dan 2 GB aan vrije schijfruimte beschikbaar is. Op sommige systemen leidt het gebruik van het hoofdstation als scratchdisk tot prestatieproblemen. Schakel het selectievakje voor de scratchdisk uit als dit gebeurt.
Beeldscherminstellingen in Windows
De beeldscherminstellingen in Windows zijn van invloed op Corel PaintShop Pro en andere toepassingen op uw computer. Corel PaintShop Pro is geoptimaliseerd voor de weergaveoptie 100% in Windows. Als u merkt dat er elementen van de gebruikersinterface afgesneden zijn, moet u de Beeldscherminstellingen in Windows controleren (Configuratiescherm > Vormgeving en persoonlijke instellingen > Beeldscherm).
Voorkeuren voor de weergave en caching instellen
Tabblad Bewerken 
Tabblad Beheren 
1 Kies Bestand > Voorkeuren > Algemene programmavoorkeuren.
2 Kies Weergave en caching in het linkerdeelvenster.
3 Voer een of meer van de volgende taken uit en klik op OK.
 
Als u dit wilt doen,
handelt u als volgt:
Automatisch de laatste bestandsindeling gebruiken voor het opslaan van afbeeldingen
Markeer in het groepsvak Presentatie het selectievakje Laatste bestandstype in Opslaan als gebruiken.
Kleurinformatie Pipet verbergen
Schakel in het groepsvak Presentatie het selectievakje Alle tips voor kleurenpipetten weergeven uit.
Een dradenkruis als gereedschapscursor gebruiken
Schakel in het groepsvak Presentatie het selectievakje Precisiecursors gebruiken in.
Er verschijnt een dradenkruis als muisaanwijzer in plaats van de vorm van het gereedschap.
De grootte en vorm van penselen weergeven
Markeer in het groepsvak Presentatie het selectievakje Penseelomtrekken weergeven.
De kwaliteit van de nieuwe schaal bepalen voor het gereedschap Zoomen
Pas de schuifregelaar Kwaliteit Zoom/nieuwe schaal aan.
Grootte van miniatuurweergaven instellen voor Effecten zoeken
Voer of stel een waarde in voor Grootte (pixels) in het groepsvak Miniaturen in Effecten zoeken.
Een afbeeldingscache of de hele samengevoegde afbeelding opslaan
Markeer in het groepsvak Caching het selectievakje Samengevoegde afbeelding.
Een afbeeldingscache van alle lagen onder de actieve laag opslaan
Markeer in het groepsvak Caching het selectievakje Samengevoegd onder actieve laag.
Een afbeeldingscache of de samengevoegde afbeelding voor elke groep opslaan
Markeer in het groepsvak Caching het selectievakje Samengevoegde groep.
Een afbeeldingscache van alle groepslagen onder de actieve laag opslaan
Markeer in het groepsvak Caching het selectievakje Samengevoegd onder actieve laag.
Een scratchdisk instellen
Markeer in het groepsvak Scratchdisk het selectievakje Scratchdisk activeren en selecteer een schijf in de vervolgkeuzelijst.