Afdrukken : Inzicht in afdrukken
 
Inzicht in afdrukken
Of u nu een beginneling op afdrukgebied bent of nog eens snel wilt nalezen hoe het zit, hier helpen wij u enkele van de factoren te begrijpen die van invloed zijn op het afdrukken van afbeeldingen.
Afbeeldings- en printerresolutie
Laser- en inkjetprinters brengen puntjes zwarte of gekleurde inkt aan op papier. De afbeeldingsresolutie wordt gemeten in pixels per inch (ppi), terwijl de printerresolutie wordt gemeten in dots per inch (dpi). De grootte van de afgedrukte afbeelding wordt uitgedrukt in inches en wordt berekend door de grootte van de afbeelding in pixels te delen door de pixels per inch. Zie Afbeeldingen en afbeeldingsgegevens weergeven voor meer informatie over het weergeven van afbeeldingsgegevens.
Afbeeldingen met hogere dpi-waarden bevatten meer gegevens en leveren een hogere afdrukkwaliteit op. U kunt het formaat van afbeeldingen wijzigen om een groter afdrukformaat te verkrijgen, maar de afdrukkwaliteit kan afnemen wegens de verminderde afdrukresolutie (ppi). Zie Het formaat van afbeeldingen wijzigen voor meer informatie over het wijzigen van het formaat van afbeeldingen.
U kunt het beste rekening houden met de resolutie van de printer wanneer u een resolutie kiest voor de afbeelding die u maakt. U kunt de onderstaande richtlijnen gebruiken om de afbeeldingsgrootte voor afdrukken te bepalen:
Gebruik een afbeelding met een resolutie van 72 tot 120 ppi voor een 300 dpi-printer.
Gebruik een afbeelding met een resolutie van 125 tot 170 ppi voor een 600 dpi-printer.
Gebruik een afbeelding met een resolutie van 150 tot 200 ppi voor een 1200 dpi-printer.
Kleur en helderheid van de afbeelding
Computermonitors geven kleur weer door rood, groen en blauw licht op het scherm te combineren. Kleurenprinters gebruiken daarentegen een combinatie van inkten in cyaan, magenta, geel en zwart. Het verschil tussen deze twee kleurmodi kan ertoe leiden dat afbeeldingen er op papier donkerder uitzien dan op het scherm. Naarmate u beter vertrouwd raakt met de manier waarop uw printer met kleuren omgaat, kunt u afbeeldingen aanpassen om deze verschillen te compenseren. Als de afgedrukte afbeelding er te donker uitziet, kunt u de helderheid of het contrast aanpassen.
Papierkwaliteit
De textuur en kleur van het papier dat voor het afdrukken wordt gebruikt, zijn van invloed op de kwaliteit van de afgedrukte afbeelding. Kleuren kunnen op poreus papier bijvoorbeeld in elkaar overlopen, er op gekleurd papier anders uitzien, en op gebroken wit papier minder contrastrijk en sprekend zijn. Raadpleeg voor aanbevelingen over het type afdrukpapier de documentatie bij uw printer.
Bestandsindelingen
Het opslaan van een afbeelding in de indeling .PspImage geeft u de meeste flexibiliteit als u de afbeelding wilt afdrukken op een persoonlijke printer. In Corel PaintShop Pro worden alle lagen van een afbeelding afgedrukt, zodat u deze niet hoeft samen te voegen. Als u een zwart-witprinter gebruikt, kunt u de afbeeldingen afdrukken in grijswaarden.
Als u de afbeelding verzendt naar een afdrukservice, moet u de lagen van de afbeelding samenvoegen voordat u de afbeelding opslaat. De lagen in een afbeelding worden meestal automatisch samengevoegd als u de afbeelding opslaat in een andere indeling dan .PspImage. U kunt het beste de medewerker van de afdrukservice vragen naar de vereisten voor bestandsindeling, resolutie en kleurdiepte.