Corel PaintShop Pro biedt verschillende opdrachten om vervagingseffecten toe te voegen aan uw afbeeldingen. U kunt de volgende correcties op een selectie, een laag of op een hele afbeelding toepassen.
• U kunt grofkorreligheid in een afbeelding verwijderen door de intensiteit van elke pixel aan de gemiddelde intensiteit van de omringende pixels aan te passen. Hiermee kan ook verspreiding van kleur worden verwijderd die ontstaat wanneer de kleurdiepte van een paletafbeelding naar 24 bits wordt verhoogd.
• U kunt grofkorreligheid verwijderen door vloeiende overgangen toe te passen en het contrast in de afbeelding te verminderen.
• U kunt een afbeelding vervagen met een instelbare hoeveelheid, waarbij een specifiek aantal pixels incrementeel, volgens een klokvormige curve wordt vermengd. De vervaging is dicht in het midden en gedoezeld aan de randen.
• U kunt een vaste belichtingstijd gebruiken. Dan is het net alsof u een foto van een bewegend object neemt.
• U kunt simuleren wat u ziet als u een foto maakt terwijl u de camera in cirkels ronddraait of wanneer u snel inzoomt met een lange sluitertijd.
Waarom zou ik een afbeelding doelgericht willen vervagen?
Met de vervagingsopdrachten kunt u een selectie of een afbeelding verzachten, een foto retoucheren of grofkorreligheid uit een afbeelding verwijderen. Deze opdrachten maken overgangen vloeiender en verminderen contrast door pixels vlakbij de randen en gebieden met sterke kleurovergangen te middelen. U kunt alle vervagingsopdrachten meerdere keren gebruiken om het vervagingseffect te vergroten.
Vervaging toepassen op basis van de intensiteit van nabijgelegen pixels
tabblad Bewerken
1 Kies AanpassenVervagenGemiddeld.
Het dialoogvenster Gemiddeld wordt geopend.
2 Typ of stel een waarde in voor Opening filter.
De waarden kunnen van 3 tot 31 in oneven stappen variëren. Hoe hoger de waarde, des te kleiner de mate van vervaging.
3 Klik op OK.
Minimale vervaging toepassen
tabblad Bewerken
• Kies AanpassenVervagenVervagen.
Herhaal de opdracht voor een verdubbeling van het effect.
Gemiddelde vervaging toepassen
tabblad Bewerken
• Kies AanpassenVervagenMeer vervagen.
Herhaal de opdracht voor een verdubbeling van het effect.
Gaussiaanse vervaging toepassen
tabblad Bewerken
1 Kies AanpassenVervagenGaussiaanse vervaging.
Het dialoogvenster Gaussiaanse vervaging wordt geopend.
2 Typ of stel een waarde in voor Bereik om de afstand (radius) te bepalen waarin de ongelijke pixels worden vervaagd.
De waarden kunnen variëren van 0.00 tot 100.00.
3 Klik op OK.
Bewegingsvervaging toepassen
tabblad Bewerken
1 Kies AanpassenVervagenBewegingsvervaging.
Het dialoogvenster Bewegingsvervaging wordt geopend.
2 Sleep in het groepsvak Hoek de hoekkiezer of voer of stel een waarde in om aan te geven vanuit welke hoek de vervaging moet worden toegepast.
3 Voer of stel een waarde in voor Sterkte.
De waarden kunnen variëren van 1 tot 100%. Lagere waarden verminderen het effect; hogere waarden vergroten het effect.
4 Klik op OK.
Radiale vervaging toepassen
tabblad Bewerken
1 Kies AanpassenVervagenRadiaal vervagen.
Het dialoogvenster Radiaal vervagen wordt geopend.
2 Selecteer in het groepsvak Vervagingstype een van de volgende opties:
• Draaien — pixels in een cirkelvormige beweging rond het midden van de afbeelding vervagen.
• Zoomen — pixels vanuit het midden vervagen.
• Spiraal — pixels spiraalsgewijs vervagen. U kunt de spiraalgraden bepalen door een waarde te kiezen voor Graden draaien.
3 Voer of stel een waarde in voor het bedieningselement Sterkte in het groepsvak Vervaging.
Lagere waarden verminderen het effect; hogere waarden vergroten het effect.
Als u de straal wilt versmallen om de afbeelding te kunnen vangen, markeer dan het selectievakje Elliptisch. Hierdoor wordt er een elliptische vervaging toegepast op rechthoekige afbeeldingen. Dit heeft geen effect op vierkante afbeeldingen. Als het vakje niet wordt geactiveerd, wordt er cirkelvormige vervaging toegepast.
4 Typ of stel een waarde in voor de instellingen die van invloed zijn op het midden van de afbeelding in het groepsvak Midden.
• Horizontale verschuiving (%) — laat u het horizontale middelpunt van de vervaging instellen
• Verticale verschuiving (%) — laat u het verticale middelpunt van de vervaging instellen
• Midden beschermen (%) — laat u bepalen in welke mate de vervaging in het midden moet worden verminderd. Hogere waarden vergroten de straal van het middengebied dat niet moet worden vervaagd.