Vormen bewerken
U kunt de basiseigenschappen van vectorobjecten bewerken, zoals de lijndikte, lijnstijl en anti-aliasing. U kunt op het palet Lagen ook de naam van een object veranderen. U kunt vectorobjecten verbergen of weergeven.
Eigenschappen van vectorobjecten wijzigen
1
Selecteer het vectorobject dat u wilt bewerken.
Als u meerdere objecten wilt bewerken, kiest u het gereedschap
Selecteren ![](../Shared_graphics/Pick.svg)
en houdt u
Shift ingedrukt terwijl u een selectiekader rond de objecten sleept.
2
Klik op het palet Opties voor gereedschap op de knop
Eigenschappen ![](../Shared_graphics/Properties-16.svg)
.
Het dialoogvenster Vectoreigenschap wordt geopend.
3
Wijzig de instellingen desgewenst.
Een vorm bewerken met het palet Opties voor gereedschap
1
Kies op de werkbalk Gereedschappen het gereedschap
Pen ![](../Shared_graphics/PenTool.svg)
.
2
Klik op de knop
Bewerkingsmodus ![](../Shared_graphics/EditMode.svg)
op het palet Opties voor gereedschap.
3
Klik op de vorm die u wilt bewerken.
4
Verander de beschikbare instellingen op het palet Opties voor gereedschap.
![*](images/tip.svg)
In de bewerkingsmodus kunt u vormen op diverse manieren bewerken. U kunt vormen echter ook bewerken door ze met het Selectiegereedschap
te verplaatsen, te roteren, uit te lijnen en op te rekken.